Wethouder Tobias van Elferen: het belang van tegenmacht en transparantie in Nijmegen
NIJMEGEN – Hij was twaalf jaar lid van de Nijmeegse gemeenteraad, nu is hij al weer twee jaar wethouder van wethouder financiën, duurzaamheid, cultureel erfgoed, digitalisering en P&O in Nijmegen: Tobias van Elferen. In zijn raadsperiode vormde hij de tegenmacht, nu is het de tegenmacht die hem controleert. Een gesprek over de rol van de tegenmacht in de lokale politiek.
Van Elferen benadrukt het belang van tegenmacht binnen de gemeentelijke politiek. "De echte balans in de invloed die ik heb als wethouder bestaat uit de verhouding met de gemeenteraad," zegt Van Elferen. De gemeenteraad staat, zoals vastgelegd in de grondwet, aan het hoofd van de gemeente en vormt een cruciale tegenmacht tegenover het dagelijks bestuur van het college van burgemeester en wethouders.
Van Elferen legt uit dat naast de gemeenteraad ook vormen van participatie met inwoners een essentiële rol spelen als tegenmacht. "De raad stelt de kaders en het college moet ervoor zorgen dat zij in staat worden gesteld om deze kaders te stellen," aldus de wethouder.
Een belangrijk verschil tussen de rollen van het college en de raad is volgens Van Elferen dat het college verantwoordelijk is voor de uitvoering van beslissingen, terwijl de raad kaders stelt en controleert. "Als het college van B&W iets heeft vastgesteld, brengen wij het naar de raad in de vorm van een raadsvoorstel. Daarbij hoort de juiste informatie voor een raadslid om een besluit te kunnen nemen," legt hij uit.
Van raadslid naar wethouder
Van Elferen was twaalf jaar raadslid, voordat hij de overstap naar het wethouderschap maakte. "Ik heb geleerd dat er veel gebeurt als een raadslid een vraag stelt. In Nijmegen kunnen raadsleden formele vragen stellen aan het college, maar ze mogen ook losse vragen stellen via de griffie," zegt hij. Deze vragen worden dan doorgestuurd naar de ambtelijke organisatie, wat leidt tot een uitgebreid proces waarbij verschillende ambtenaren betrokken zijn.
De wethouder waardeert de loyaliteit van de ambtenaren, ondanks de spanningen die kunnen ontstaan. "Ambtenaren vinden het vaak spannend omdat hun antwoorden kunnen leiden tot politieke gevolgen. Toch is er geen misverstand over dat de raad recht heeft op die informatie," benadrukt hij.
Uitdagingen en verbeterpunten
Van Elferen ziet echter ook ruimte voor verbetering in de communicatie en informatievoorziening tussen het college, de raad en de ambtenaren. "Er is soms onduidelijkheid over wie verantwoordelijk is voor het beantwoorden van technische vragen van raadsleden. Dit kan leiden tot menselijke fouten, vooral wanneer antwoorden kort voor een debat worden gegeven," legt hij uit.
Hij benadrukt dat een balans moet worden gevonden tussen tijdige informatieverstrekking en het voorkomen van fouten. "Wanneer is de raad het beste geholpen? Met de afspraak dat je een dag van tevoren geen vragen meer mag indienen, maar wel kwaliteit garandeert, of tot een kwartier van tevoren vragen mag indienen maar begrip moet hebben voor slordigheid en menselijke fouten?"
Transparantie naar de inwoners
De wethouder bespreekt ook een recent voorbeeld waarin een journalist vragen stelde namens de inwoners. "De woordvoerder van de wethouder zei dat er dertig dagen voor staat om te antwoorden, maar een journalist verwacht binnen een redelijke termijn antwoord," vertelt Van Elferen. Hij erkent dat dit een probleem vormt vanuit beide perspectieven: "De journalist zegt terecht dat hij vragen stelt namens de inwoners en verwacht snel antwoord, terwijl de gemeente een maximale termijn van 30 dagen hanteert."
Van Elferen concludeert dat transparantie en duidelijke communicatie cruciaal zijn voor het vertrouwen van zowel de gemeenteraad als de inwoners. "Het is essentieel dat de raad en de inwoners tijdig en correct geïnformeerd worden, zodat de besluitvorming zo transparant en effectief mogelijk kan plaatsvinden," besluit hij.
Delen van dit gesprek met Tobias van Elferen zijn ook terug te horen in aflevering 2 van De Tegenmacht Podcast, een samenwerking tussen De Edese Vos en Ien, de podcast.
foto: David van Haren